Op de pof
In december van 2010 kocht ik mijn huidige computer via de webwinkel van Wehkamp. Wehkamp, een zogenaamd 'online warenhuis' dat niet vanwege haar technische expertise bekend staat, bood mijn apparaat vijftig euro goedkoper aan dan de gebroeders Bol. Ik sloeg mijn slag en selecteerde, zoals elke goede student zou hebben gedaan, betaling via acceptgiro. Tenslotte, het zo lang mogelijk uitstellen met betalen (onderwijl het geld dat men in principe niet heeft naar diners en andere kleine grapjes verdwijnt) is een luxe alleen voor studenten weggelegd. Het is bekend dat deze bevolkingsgroep bijzonder weinig te makken heeft. Voor mij is dat niet anders. Ik denk dat de waarde van mijn hele studentenkamer minder dan 1000 euro is (buiten mijn pc staan er alleen rijen gigantische boekenkasten waaruit al mijn wijsheid voortvloeit).
In ieder geval kreeg ik vijf dagen later mijn computer. Dit was echter niet volgens de afspraak. Ik zou mijn elektronische wonder de dag erna nog krijgen want ik had voor 21:00 besteld. En, beste lezer, voor 21:00 besteld is morgen in huis! Helaas. Wehkamp schoot ernstig tekort in haar belofte en na het bellen van een ongeïnteresseerde juffrouw van de klantenservice die me verzekerde dat de p.c morgen zou komen wist ik het: online aankopen nopen de mens tot grote onzekerheden. Als men vervolgens leest dat een bezorger tussen '09:00 en 14:00' komt breekt de absolute hel aan. Moet men die man dan om 09:00 al ontvangen, fris geschoren en wel? Of uitslapen en hopen dat de bel hard genoeg gaat. Het mag geen naam hebben dat ik voor de meest aantrekkelijke optie ging.
Na een krabbeltje te hebben gezet op een elektronisch handpalmapparaat stond daar eindelijk mijn fraaie ordinateur. Door mijn jarenlange ervaring met het kopen van miskopen was ik nu op mijn hoede en controleerde zorgvuldig de inhoud. Uitstekend. Er ontbrak niks. Hoewel.. De acceptgiro kon ik op het eerste oog niet zomaar vinden. Ach, deze zal wel volgen. Met deze houding genoot ik de eerste uren van mijn nieuwe alleskunner.
Zo vertrok ik een week daarna naar Frankrijk. Mijn huisgenoten had ik de notie gegeven eventueel goed op te letten van brieven van Wehkamp mocht de rekening alsnog komen. Maanden gingen voorbij en ik ontving noch bericht van de heeren studenten van mijn huis of de heeren Wehkampers. Ik rekende me al rijk; dit was een gratis computer. Een fijne meevaller. Daar dit me wederom financiële opties gaf – nog altijd even fictief – kocht ik enkele kisten Bordeaux wijn en een handgemaakte Panama hoed (die overigens uit Ecaudor komen, niet Panama).
Uiteraard was dit een ernstige dwaling mijnerzijds. Ergens in mei belde mijn huisgenoot op met de boodschap dat ik twee dagen de tijd had om een halve rug te betalen anders zou ik in gebreke gesteld worden hetgeen van kwaad tot erger zou worden. Luid mijn huisgenoten vervloekend deed ik een appèl op mijn spaarrekening en zag mijn zuurverdiende centen alsnog weg gaan. Wederom concludeerde ik; online aankopen nopen de mens tot onzekerheden én zijn altijd duurder.
Deze droevige geschiedenis ten spijt moest ik vorige week, de dag van vertrek naar Nederland, zeer luid lachen. Waarom? Wel, omdat ik de originele doos waarin mijn computer zat nu bij het oud papier moest zetten. Het was een grote doos en hij scheen maar niet fijn in mijn handen te geraken. Nadere inspectie zag ik dat een stuk plastic mij hinderde. Ik rukte het plastic eraf en keek met grote verbijstering naar wat achter het plastic zat:
een acceptgiro van midden december.