Vanochtend stond ik vroeg op, want ik moest mijn werkgroep van negen uur nog voorbereiden. Het was de laatste werkgroep voor mijn tentamen van maandag en het was pittig. Uitzondering op uitzondering op uitzondering. De oplossing van een casus ligt soms niet zo voor de hand als je denkt en waar je voor een vraagstuk een oplossing zoekt, kom je op de weg naar je oplossing toe steeds meer vraagstukken tegen. Het was even een besef dat de dagen die resteren voor het tentamen volledig moeten worden besteed aan dat tentamen. Tijdens de werkgroep kwamen we bij de laatste vraag en toen zei de docent: “ beseffen jullie je wel dat dit voor sommige studenten de laatste casus is die je behandeld in een werkgroep….”
Het is waar natuurlijk. Ik focus me steeds op dat laatste tentamen ever, maar vandaag was ook mijn laatste moment in de collegebanken. Mijn laatste keer in een groep onderwijs genieten en alles netjes uitgelegd te krijgen van een docent. Vanaf nu moet ik het gaan doen en wordt er van mij verwacht dat ik het weet. (okay okay je hebt altijd helpende handen om je heen, maar toch!) Na mijn tentamen moet ik mijn scriptie nog schrijven. Dat is een zelfstandig wetenschappelijk onderzoek en oh wat klinkt dit ineens heftig zeg. Gelukkig heb ik, zoals ik in mijn vorige blog vertelde, een begeleider gevonden. Ik denk dat zijn stijl (voor zover ik erover heb gehoord) goed bij me past. Hij leest alles grondig en maakt commentaar tot op de punten en komma´s. Hij neemt dus niet met zo maar iets genoegen en dat is goed, want dat betekent dat ik extra hard aan de bak moet. En weet je, ik heb er zin in; helemaal duiken in een onderwerp totdat je er alles van weet en er dan ook nog een goed onderbouwde mening over geven. Ik heb vernomen dat het scriptieproces niet altijd zo makkelijk is, maar met een enthousiast begin kom ik vast een heel eind!